De eerste keer dat de internationale arbeidersbeweging grondig over de kwestie van arbeidsmigratie discussiëerde, was in 1907. In Stuttgart kwam toen het congres van de Tweede (socialistische) Internationale samen. Terwijl de rechtervleugel argumenteerde voor toelatingsvoorwaarden, behaalde de linkerzijde een klinkende overwinning. Lenin en Karl Liebknecht voorop, waren ze tegen het steunen van elk criterium. Enkel op basis van volledig gelijke sociale en politieke rechten zou de heersende klasse migrantenarbeiders niet meer kunnen gebruiken om de onderlinge concurrentie te vergroten en verdeeldheid te zaaien onder de arbeiders. Deze strijd voor gelijke rechten moet tevens aanleiding geven tot het organiseren van migrantenarbeiders en tot actieve solidariteit met de klassenstrijd over de hele aardbol. In dit artikel herneemt en actualiseert (naar 1913) Lenin deze ideeën. Hoewel migratie vandaag ook andere vormen aanneemt dan louter 'economische' migratie, blijven de toenmalige stellingnames relevant. Ze wapenen ons met een klasse-analyse en programma waarmee we de strijd kunnen aangaan tegen de identitaire verdeeldheid van rechts. (Noot van de redactie)