Cyprus: communistische president vraagt geld aan IMF

Cyprus is een uitzonderlijk eilandje in de Middellandse Zee. De Communistische Partij (Progressieve Arbeiderspartij, AKEL) heeft er sterke wortels in de arbeidersbeweging en in heel de maatschappij. Deze partij levert ook de president van de Republiek en is tevens de eerste partij in het parlement.

AKEL onderging een splitsing in de jaren 1990, zoals de meeste communistische partijen op dat moment. De meerderheid van de leden en vakbondsleiders bleven weg van de eurocommunistische tendens. Nu levert die nog één minister en dat dan nog dankzij de volksfrontpolitiek van AKEL.

Cyprus was een van de rijkere landen van het blok van twaalf dat zich in 2004 aansloot bij de Europese Unie. Het stond vooral bekend als toeristische bestemming en als belastingparadijs, met uitzondering van het feit dat een deel van het eiland sinds 1974 bezet is door het Turkse leger. Ondanks de 'communistische' president en de invoering van de euro is het vandaag nog steeds een belastingparadijs.

In 2008 won Demetris Christofias de verkiezingen met een programma waarin vredesbesprekingen met de Turkse Republiek van Noord-Cyprus (de gebieden die bezet zijn door het Turkse leger en enkel door Turkije erkend worden) en sociale vooruitgang centraal stonden. De leiding van AKEL beloofde de verzorgingsstaat te vrijwaren ten aanzien van de eisen van de werkgeversfederatie en haar naaste politieke partij (DISY, de partij van de Cypriotische heersende klasse).

Het economisch beleid van AKEL bestond, zo lang dat kon, uit ‘iedereen veel beloven’. In april werd een belasting op auto's met meer dan 3000 cc en op appartementen van meer dan 300 vierkante meter gestemd. “Belastingen voor de rijken met als doel het verhogen van de staatsinkomsten en zoete maatregelen voor de meerderheid van de bevolking, vooral voor de meest kwetsbare groepen.” Maar twee maanden later stemmen ze samen met DISY voor amnestie voor belastingontduikers (de tweede in tien jaar) die maar 6 procent van hun geschatte inkomsten aangaven. Op Cyprus betalen de vrije beroepen, de electorale basis van de rechtervleugel, nauwelijks belastingen.

Enkele maanden geleden begonnen Cypriotische banken massaal Griekse obligaties (zeer goedkoop) te kopen en nu worden ze geconfronteerd met een groot probleem. De Cypriotische regering heeft zonder succes geprobeerd een lening te krijgen van de Russische regering en deed beroep op het ESM (European Stability Mechanism) voor een bedrag van 4 miljard euro (een kwart van het bbp), maar door het redden van de banken gingen ook miljoenen verloren. Nu zien ze zich verplicht ongeveer 20 miljard euro aan het IMF (in de vorm van de trojka) te gaan vragen.
Een paar dagen geleden verscheen Christofias dus op tv met de boodschap dat bezuinigingen (vermindering van de pensioenen, bezuinigingen op de lonen, het bevriezen van de glijdende loonschaal, ontslagen in de publieke sector en privatiseringen) het minste kwaad zijn. Veel arbeiders, vakbondsmensen en leden van AKEL zullen zich afvragen wat het ergste kwaad dan is. De peilingen geven AKEL minder dan 20 procent in de komende verkiezingen, terwijl de rechtse DISY op 35 procent staat. Dit alleen al zou een indicatie moeten zijn voor de leiders van AKEL dat het beleid, dat de rechtse sociaaldemocratie en burgerlijke partijen overal in Europa toepassen, niet het beleid moet zijn van een partij die zichzelf communistisch noemt!

Wat nu?

Het beleid van AKEL, zogezegd een zeer orthodoxe communistische partij, is hetzelfde als dat van de reformistische sociaaldemocratie. Dit was in een periode van hoogconjunctuur acceptabel in de ogen van velen. Verkozen worden tijdens een ernstige crisis van het kapitalisme voorspelt echter een veel hobbeliger parcours. In feite is elke regering die zich voordoet als communistisch of socialistisch en op een tijdbom zit van fiscale fraude, corruptie, witwassen van geld en lage belastingen voor multinationale ondernemingen, gedoemd om vroeg of laat op de realiteit te botsen. Vorige week heeft de regeringspartij, AKEL, dit op een bittere manier ontdekt tijdens de toespraak van Christofias.

De nieuwe maatregelen werden aangekondigd terwijl er op het eiland een staking van het openbaar vervoer van een paar dagen aan de gang was in verband met onbetaalde lonen van de voorgaande maand, georganiseerd door de communistisch georiënteerde PEO Transport Vakbond (OELMEK). Tegelijkertijd botsten leraren en landarbeiders met de regering over haar beleid. Het kwam zelfs tot een bezetting van het ministerie van Landbouw. De situatie geeft aanleiding tot een openlijke confrontatie tussen de regering en de vakbonden.

Voor hen is het duidelijk dat de banken die speculeerden in het begin van de zogenaamde Griekse schuldencrisis verantwoordelijk zijn voor deze situatie. Het zijn echter net zoals in Spanje, Portugal, Griekenland en Ierland de arbeiders die worden gevraagd om te betalen. Het verschil is dat er in Cyprus een communist op de presidentiële stoel zit. Het Cypriotische voorbeeld zou een waarschuwing moeten zijn voor de ganse Europese linkerzijde met haar wilde dromen 'het kapitalisme op een humane manier te kunnen beheren' en ‘de financiële markten in het gareel te houden’ door het heffen van belastingen.

De regering had banken die failliet waren moeten nationaliseren, net zoals de gehele financiële sector, zodat miljarden uit andere belastingparadijzen zouden terugkomen. AKEL had tijdens de afgelopen vier jaar van de ergste economische crisis ooit niet ter plaatse mogen blijven trappelen. De partij had gebruik moeten maken van de massale steun onder de bevolking om de economie in handen te nemen en haar eigen middelen te ontwikkelen. De gasvelden die ontdekt werden in territoriale wateren hadden voor de regering een aanzet moeten zijn om economische partners te zoeken, los van Israël en de multinationals ENI en ESSO die voorstander waren van de oorlog over Libische energiebronnen.

Cyprus is een bezet en afhankelijk land, dus de enige manier om een ​​beleid te bekomen dat de belangen van de werknemers verdedigt, is te steunen op de Europese arbeidersklasse en niet het bekomen van overeenkomsten met een of andere imperialistische macht.

De tragedie van Cyprus

"We kunnen beter de euro verlaten", verklaarde Andros Kyprianou, secretaris-generaal van AKEL vorige week. Kyprianou reageerde hiermee op de mogelijkheid dat de EU meer bezuinigingen zou willen opleggen gekoppeld aan besparingen in de openbare diensten, pensioenen en lonen. (The Morning Star, 23 september). Deze woorden maken duidelijk hoe de situatie geëvolueerd is.

Deze Cypriotische tragedie, een variatie op de Griekse, toont hoe een partij als AKEL, die een voorbeeld voor de werkende bevolking van heel Europa zou kunnen zijn, politieke zelfmoord zal plegen. Het toont ook aan hoe vals en belachelijk de discussie over het al dan niet verlaten van de euro is, die op dit moment binnen de gelederen van het grootste deel van Europees links plaatsvindt, alsof het een magische oplossing voor de crisis zou zijn. In Cyprus kunnen we duidelijk zien dat enkel weggaan van, of bij de EU blijven, de kwestie niet zal oplossen.

Het beleid van AKEL, namelijk het ontbreken van een coherent socialistisch beleid, zou een vergelijkbaar resultaat opleveren. Of de munteenheid de euro is of het Cyprische pond maakt geen fundamenteel verschil. Om het kapitalisme te vervangen is er een regering nodig die de speculatieve en de financiële sector onder controle brengt, het is niet enkel een kwestie te bepalen wat de munteenheid zal worden. De beloften van AKEL dat economische maatregelen onderhandeld moeten worden met de EU en dat eventuele besparingen gespreid moeten worden over verschillende lagen van de bevolking en zeker niet op de rug van de werknemers moeten terechtkomen, zijn vergeten door de ‘realpolitik’ van de president. Binnen of buiten de eurozone, zonder de nationalisatie van de banken en de financiële sector is de speelruimte voor de overheid zeer beperkt. Dit is ook een belangrijk les voor velen in de Europese linkerzijde (vooral de leiders van Syriza in Griekenland).

Cyprus bereidt zich nu voor op een harde rit van bezuinigingen, besparingen en toenemende armoede. De kans is ook groot dat de volgende regering rechts zal zijn en de soberheid nog zal toenemen. Tegelijk neemt ook de weerstand tegen een dergelijk beleid toe, te beginnen bij de vakbonden, met name de communistische vakbondsconfederatie PEO en PASYDY, de federatie van de openbare sector. Dit zal een impact hebben op de leden van AKEL. Communist zijn betekent niet dat je onfeilbaar bent (dat is het exclusieve voorrecht van de katholieke kerk), communist zijn betekent onder andere ook leren van (eigen) fouten. AKEL heeft een marxistisch programma nodig om uit de crisis te geraken en voor eens en altijd een punt te zetten achter het kapitalisme.

Translation: Vonk (Belgium)