De crisis in Europa: een beslissende wending in de situatie

De verkiezingen in Frankrijk en Griekenland tonen een fundamentele verandering in de situatie. De crisis van het Europese kapitalisme is in een nieuwe en turbulente fase terechtgekomen. Er heest een stemming van woede in heel Europa. We begrijpen natuurlijk dat verkiezingsuitslagen de psychologie van de massa's niet volledige accuraat weergeven. Ze zijn een momentopname van de stemming op een gegeven moment. Maar het is noodzakelijk een zorgvuldige analyse van de verkiezingsuitslagen te maken en de cijfers duiden op bepaalde trends in de samenleving.

Het eerste effect van de economische crisis die begon in 2008 was een schok en het resultaat daarvan was tijdelijke verlamming.  Die stemming werd al vrij snel vervangen door een golf van stakingen en massademonstraties. De ernst van de crisis is echter zodanig dat druk van de straat niet voldoende is om belangrijke veranderingen af te dwingen. Daarom verschuift het zwaartepunt van de beweging terug naar het politieke front.

De kiezers in Griekenland en Frankrijk hebben zich achter de anti-soberheidskandidaten geschaard. In Groot-Brittannië toonden de lokale verkiezingen een enorme verschuiving ten nadele van de Con-Dem coalitie en ten gunste van Labour. De gedeeltelijke resultaten van de lokale verkiezingen in Italië wijzen ook op een duidelijke afkeer van de mainstream partijen. Gezien het ontbreken van een ernstig alternatief van links kiezen sommige voor een anti-Europese protestbeweging onder leiding van een voormalige satirisch komiek Beppe Grillo. Hij maakte een aanzienlijke opmars in vele plaatsen, waaronder steden zoals Parma en Genua.

De markten zakten in Frankrijk en Griekenland, maar herstelden zich later weer. Griekse aandelen daalden tot op het diepste punt in 20 jaar, terwijl de CAC 40 in Parijs 2,8 procent zakte en de Duitse Xetra Dax sloot op 1,9 procent. De euro verloor 0,3 procent ten opzichte van de dollar.

In feite hebben de markten de Franse verkiezingsuitslag met een verrassende onverschilligheid verwelkomd. Dit wijst erop dat zij een uitstekend inzicht in de ware aard van het reformisme hebben, of dat ze op betrouwbare wijze zijn geïnformeerd dat wat M. Hollande zegt op een verkiezingspodium een ding is, maar wat Monsieur le President Hollande zal doen, iets heel anders zal zijn. De beurs van Athene was tegen het einde van maandag echter met 6,67 procent gezakt als gevolg van de extreme aard van de crisis in Griekenland.

Frankrijk: bocht naar links!

In Frankrijk hebben de socialisten voor de eerste keer in een generatie de presidentsverkiezingen gewonnen. Nicolas Sarkozy gaat nu de geschiedenisboeken in als de eerste Franse president sinds 1981 die er niet in geslaagd is voor een tweede termijn verkozen te worden. Hij is de nieuwste Europese leider die temidden van  wijdverspreide woede tegen bezuinigingsmaatregelen naar aanleiding van de schuldencrisis in de  eurozone wordt weggestemd. De socialistische kandidaat, François Hollande verdedigde de noodzaak van een "groeipact". In zijn campagne viel hij de bankiers en de rijken aan en werd door velen duidelijk gezien als een stem tegen de soberheid.

In de eerste ronde kwam hij onder druk te staan van links aangezien de peilingen aangaven dat Mélenchon, de kandidaat van de Front de Gauche (Communistische Partij en Linkse Partij), een aanzienlijk aantal stemmen zou gaan behalen. Hollande geprobeerd daar komaf mee te maken door linkser over te komen dan hij in werkelijkheid is.

In een speech gericht tot een euforisch publiek in zijn thuisbasis Corrèze op het platteland, kondigde de pas verkozen Franse president aan dat hij een alternatief voor de bezuinigingen zou zoeken. Auto's toeterden terwijl ze door de straten van het centrum van Parijs reden. "Verandering komt eraan," verklaarde de heer Hollande, ook kondigde hij "het einde van de soberheid" en een nieuw tijdperk van 'jeugd en rechtvaardigheid’ aan.

Hij beloofde om belastingen te heffen op grote bedrijven en op mensen die meer dan een miljoen euro per jaar verdienen. Hij wil het minimumloon verhogen, 60.000 leraren meer tewerkstellen en de pensioenleeftijd verlagen tot 62 en tot 60 voor bepaalde beroepen. Hij won net geen 52 procent van de stemmen in de tweede ronde. Dit toont aan dat de massa's op zoek zijn naar een alternatief voor het beleid van bezuinigingen en soberheid. Dit werd onderstreept door de vreugdescènes op zondagavond in Frankrijk, het leek één groot straatfeest.

Juichende aanhangers van Hollande verzamelden zich op de Place de la Bastille in Parijs - een traditionele ontmoetingsplaats van de Linkerzijde – om de overwinning te vieren. Maar net zoals bij goede feestjes het geval is, zal een enorme kater het gevolg zijn. Het probleem is dat alle reformisten van mening zijn dat het mogelijk is om de crisis op te lossen zonder ingrijpende breuk met het kapitalisme. Dit is een gevaarlijke en utopische illusie. Als je akkoord gaat met het kapitalistische systeem, moet je ook akkoord gaan met de wetten van het kapitalisme.

Het is heel goed dat Meneer Hollande zich tegen de soberheid uitspreekt. Maar er stelt zich een probleem: als hij niet bereid is te breken met het kapitalisme is soberheid  het enig mogelijke beleid binnen het kader van de wereldcrisis van het kapitalisme. Als François Hollande dat niet begrijpt zullen de markten hem het wel snel doen begrijpen. Net als de Grieken wil Hollande ingaan tegen de druk vanuit Duitsland om te bezuinigen. De overwinning van Hollande schept grote verwachtingen in Frankrijk en doorheen de eurozone. Verwachtingen dat de harde bezuinigingsplannen die tot nu toe Europa's antwoord waren op de crisis, versoepeld zouden worden ten gunste van een groei-impuls. De Fransen hebben nu het gevoel dat de omstandigheden gunstig zijn en dat ze de steun hebben uit verschillende delen van Europa en Amerika.

Hollande zal binnenkort echter worden geconfronteerd met een lastig dilemma. Zal hij samen met het Griekse volk vechten tegen de soberheid of samen met de Duitse regering en het IMF zeggen dat de Griekse schuld niet heronderhandeld kan worden?

Frankrijk en Duitsland

Mevrouw Merkel liet er geen gras over groeien, ze feliciteerde de nieuwe president per telefoon en nodige hem prompt uit naar Berlijn te komen om de zaken te bespreken, maar ze waarschuwde dat het fiscale keurslijf behouden moest blijven. Op een persconferentie in Berlijn vertelde ze: "De kern van de discussie gaat er eigenlijk over... of we opnieuw schulden gaan maken om groei te bekomen of we programma’s voor duurzame groei moeten uitwerken die inderdaad vertrouwen op het concurrentievermogen van de landen. "

Als het gaat om de titel van de voornaamste Europese macht kan men Frankrijk niet meer in één adem samen met Duitsland noemen. In plaats daarvan wordt het land gezien als onderdeel van het Europese zuiden, een lid van de club voor zieke mensen en op dit moment enkel onrustig wachtend in de polikliniek. De Spaanse en Italiaanse regeringen kijken vol hoop naar de Franse president. Parijs maakt sympathieke geluiden in de richting van Italië en Griekenland. Hollande heeft zelfs enkele vriendelijke woorden over voor de oude vijand, Groot-Brittannië.

Dit kan leiden tot een verschuiving van het evenwicht van macht binnen de EU. Het gevolg zou de creatie van een tegenwicht voor Duitsland kunnen zijn. Een breuk met de naoorlogse buitenlandse politiek van de Franse bourgeoisie die in de waan leefde dat ze samen met de Duitsers Europa zou kunnen regeren. In de praktijk is dit altijd een onmogelijke droom geweest. Industriële en financiële slagkracht maken de rol van Duitsland dominant, de rol van Frankrijk is gedegradeerd tot die van een tweederangs partner.

Zolang de Europese economie er op vooruit ging kon deze situatie ten minste gedeeltelijk verdoezeld worden. Maar na het economische debacle van 2008 kwam de echte relatie op een wrede manier aan het licht. De zwakte van Frankrijk werd voor iedereen zichtbaar. Het is Duitsland dat lakens uitdeelt. De spanningen tussen Parijs en Berlijn zouden de euro op de klippen kunnen doen lopen en de ontrafeling van de EU zelf tot gevolg kunnen hebben. In de woorden van The Financial Times (7 mei), "een open breuk tussen Frankrijk en Duitsland zou in heel Europa problemen veroorzaken en een seismische storing door de fundamenten van de EU en de gemeenschappelijke munt sturen".

De Griekse crisis stelt M. Hollande veel sneller dan hij verwachtte, of gewenst is, op de proef. Madame Merkel zal verlangen dat hij een zeer eenvoudig standpunt inneemt: bent u met Athene of met Berlijn? Een zeer lastig vraag om te beantwoorden, maar toch zal er een antwoordde moeten komen. Wanneer hij tot Berlijn spreekt haast hij zich echter duidelijk te maken dat hij een redelijke man is die geen problemen wil veroorzaken. Hij wil ‘de deal’ niet veranderen "alleen er iets aan toe voegen" en dergelijke meer.

De politieke crisis in Griekenland heeft van alles in één smeltkroes gemaakt. Het probleem is zo ernstig dat geen enkele hoeveelheid manoeuvres en deals het kunnen verhelpen. Hollande denkt misschien dat hij aan het toevoegen van een paar slim opgestelde clausules aan een EU-verdrag genoeg heeft om krediet te winnen. De plannen van M. Hollande omvatten onder andere ‘project obligaties’ (ook wel obligaties voor groei  genoemd) om uitgaven van infrastructuur te financieren in Europa en meer investeringen door de Europese Investeringsbank. Op de langere termijn wil hij dat de Europese Centrale Bank rechtstreeks geld zou kunnen lenen aan de afzonderlijke staten. Merkel heeft duidelijk gemaakt dat dit niet haar visie is.

De Duitse bondskanselier zou zelfs akkoord gaan met door de EU gewaarborgde "project obligaties" voor de financiering van infrastructuurprojecten. Een zekere toename van de kredietverlening door de Europese Investeringsbank kan ook worden overeengekomen. Maar ze is niet bereid om "opnieuw te onderhandelen over" het verdrag. Ze blijft benadrukken dat een "programma's voor groei" gebaseerd moet zijn op het "concurrentievermogen" van landen. Als ze hiermee naar Frankrijk verwijst is ze te beleefd om het zo openlijk te zeggen. Maar de Duitsers houden Frankrijk zoals haviken in het oog.

M. Hollande heeft nog niet uitgelegd hoe hij van plan is om volgend jaar zijn begrotingstekort terug te dringen tot 3 procent van het BBP zoals hij beloofd heeft. Of hoe andere campagne beloftes, zoals het optrekken van sociale uitkeringen aan het begin van het schooljaar, duizenden extra vacatures voor leerkrachten, en de gedeeltelijke verlaging van de pensioenleeftijd van 62 naar 60 jaar, gaat bekostigen. Allemaal extra uitgaven. Maar in Frankrijk zijn de overheidsuitgaven nu al goed voor 56 procent van het BBP, en de totale belastingdruk is ook hoog. Het  IMF voorspelt dat het tekort voor 2013 eerder in de buurt van de 3,9 procent zal liggen.

De hamvraag is dus of  Hollande zijn beloften aan het Franse volk zal houden of hij zal buigen voor de meedogenloze druk van Merkel en de "Markten"? Het lijkt meer dan waarschijnlijk dat hij er voor zal kiezen in alle discretie de aftocht te blazen terwijl hij een aantal ‘gestes’ uit Berlijn aanvaard om zijn gezicht te redden. Hij zal zeggen dat hij de richting van het EU-beleid veranderd heeft ten gunste van "Groei". Merkel zou met een soort van vaag geformuleerd "groeipact" instemmen maar dan wel ten koste van meer bezuinigingen. In essentie zal alles blijven zoals het was. "plus ça change, plus c'est la même chose” ("hoe meer het verandert, hoe meer hetzelfde het is").

De president van Frankrijk bevindt zich tussen hamer en aambeeld. Als hij met de Duitsers meegaat zou dat onmiddellijk de leegheid van zijn anti-soberheidsretoriek aantonen. Het zou diepe verdeeldheid veroorzaken in de Socialistische Partij en de positie van Mélenchon en het Front de Gauche versterken. Front de Gauche is de alliantie tussen de Communistische Partij en de Parti de Gauche die in de eerste ronde van de verkiezing 11,1% van de stemmen won.

Aardverschuiving in Griekenland

De verkiezingsoverwinning van Hollande is belangrijk, maar niets schudde de markten zo heftig door mekaar dan de verkiezingen in Griekenland. Een echte verrassing waren de resultaten van de algemene verkiezingen van zondag echter niet.

Griekenland werd gedwongen diep te snijden in de pensioenuitgaven en de lonen, belastingen te verhogen en duizenden jobs in de openbare sector te schrappen. Onder het huidige reddingsplan van Griekenland, zullen voor miljarden euro's verdere bezuinigingen moeten gevonden worden in juni - en het land rekent ook op een aflossing van € 30 miljard  (£ 24 miljard; $ 39 miljard) van de EU. Het is duidelijk dat dit onhoudbaar is omdat men simpelweg geen bloed uit een steen kan persen.

Ondanks dit alles hebben de EU en het IMF gewaarschuwd betalingen van lening te blokkeren totdat het Griekse parlement het middellange termijn pakket goedkeurt. Daarin wordt voorzien in verdere forse verlaging van de uitgaven voor gezondheidszorg en de tewerkstelling in de openbare sector. Dit waren nu net de maatregelen die onder de twee vorige regeringen massale protesten veroorzaakten.

Dit resultaat wijst op een snelle verandering in het bewustzijn van de massa. Slechts een paar maanden geleden verwachtte de belangrijkste burgerlijke partij, Nieuwe Democratie, vol vertrouwen dat de macht als een rijpe vrucht in haar schoot zou vallen. In plaats daarvan werden ze vernederd, terwijl Pasok haar stemmenaantal zag instorten. Anti-soberheidspartijen wonnen meer dan 65 procent van de stemmen. De Grieken gaven op die manier uitdrukking aan hun stijgende woede over de hoge werkloosheid, loonmatiging en het vooruitzicht van nog eens 18 maanden recessie.

De paniek van de burgerij kwam tot uiting op de Griekse beurs. De ASE index daalde met 3,8 procent tot 619,52, het laagste niveau sinds november 1992. Als gevolg van de extreme nervositeit van de Griekse burgerij verloor de beurs 9,1 procent dit jaar. Het onbepaalde karakter van de algemene verkiezingen van zondag is een duidelijke indicatie van een scherpe polarisatie tussen links en rechts. Het politieke centrum stort voor onze ogen in elkaar. Beide reguliere pro-Europa partijen zagen hun stemmenaantal naar een dieptepunt zakken. Aan dit soort dingen kunnen we ons verwachten, en niet alleen in Griekenland.

In Griekenland, zagen zowel de rechtse Nieuwe Democratie als haar voormalige coalitiepartners Pasok hun steun wegsmelten ten gunste van radicale partijen van links en van rechts. De steun voor Nieuwe Democratie daalde van 33,5% in de laatste verkiezingen tot slechts 18,9% van de stemmen, en 108 van de 300 Parlementszetels. Dit resultaat was dan nog het gevolg van een wet die bepaald dat de winnende partij 50 extra zetels krijgt. Pasok strand nu op een vernederende derde plaats, met 13,2% van de stemmen en 41 zetels. Eerder behaalden ze 43% van de stemmen. Samen oogsten Nieuwe Democratie en Pasok nog nauwelijks een derde van de stemmen.

Dit is een politieke aardverschuiving, een plotselinge en scherpe verandering in de situatie. Antonis Samaras, de leider van Nieuwe Democratie, wilde een regering van nationale eenheid vormen met zichzelf als premier, maar heeft zijn poging bijna onmiddellijk opgegeven. Het tijdschrift ‘The Economist’ zegt:

"Zijn partij, die aandrong op vervroegde verkiezingen toen ze in de peilingen ver vooruit lag, ligt in zwijm. Net zoals Pasok waar men een slecht resultaat verwachtte maar niet verwacht had ingehaald te worden door Syriza. Verschillende socialistische afgevaardigden die vorig jaar in verband met het bezuinigingsprogramma Pasok de rug toekeerden, wonnen nu zetels voor Syriza, terwijl de prominente reformisten van Pasok, onder wie Anna Diamantopoulou, de minister van ontwikkeling en voormalig Eurocommissaris, hun plaats verloren. (voormalige premier George Papandreou, sleepte in een provinciale kieskring nog een zetel in de wacht.) "

De grote winnaar was Syriza, de linkse coalitie onder leiding van Synaspismos. Syriza werd tweede en klopte Nieuwe Democratie bijna. Hoewel het duidelijk was dat Syriza een aanzienlijke hoeveelheid stemmen zou halen was het uiteindelijke resultaat ook voor de opiniepijlers een verrassing. Syriza won de steun van Pasok kiezers en kreeg 16,8% van de stemmen (tegenover slechts 4,6% bij de vorige verkiezingen, in 2009), en zal dankzij grote winst in Athene, Piraeus en andere steden 52 zetels in het parlement hebben.

De ironie van de situaties is dat zelfs de conservatieve Samaras weet dat het bezuinigingsplan contraproductief is. Hij wilde de belastingen op de Griekse bedrijven verlagen. Maar dit is door de Duitse bondskanselier Angela Merkel, met wie hij botste en die onverbiddelijk blijft, afgekeurd. Als reactie op de verkiezingsuitslag, zei Merkel dat de bezuinigingsmaatregelen "niet onderhandelbaar" zijn en beschreef de hervormingen in Griekenland als van het "grootste belang". Dit is de centrale tegenstelling die na de verkiezingen de vorming van een nieuwe regering heeft verhinderd.

De grove nalatigheid van de regering van Lucas Papademos, de niet-verkozen "technocraat" premier en apostel van 'nationale eenheid', heeft links een vacuüm doen ontstaan dat ingevuld moet worden. Maar wie zal het vullen? Papademos, een voormalig vice-president van de Europese Centrale Bank, heeft opgeroepen tot politieke stabiliteit ", zodat de offers van de Grieken niet verloren gaan... nadat we al een groot deel van de moeilijke weg naar het herstel van de economie hebben afgelegd  ". Maar na drie pijnlijke jaren, dalende levensstandaard en groeiende werkloosheid, die miljoenen Grieken tot extreme armoede veroordeelde, zijn de mensen het zelfde oude liedje beu. Ze zien geen enkele teken van "herstel van de economie".

Integendeel, ze zien overal de al te zichtbare tekenen van economische ineenstorting: gesloten fabrieken en scheepswerven, etalages met de rolluiken dicht en een steeds stijgende werkloosheid. Als gevolg van het beleid van het beleid dat door Brussel en Berlijn wordt opgelegd, is Griekenland in 2012 nog dieper in de recessie geduwd dan door de centrale bank verwacht werd. Volgens een herziening van de eerdere schatting zou de Griekse economie in de komende maanden met nog eens 5 procent krimpen.

Het lijden van het Griekse volk wordt voorbij het menselijk verdraagbare geduwd. Gepraat over meer soberheid "in naam van de nationale eenheid" valt in dovemansoren bij de Grieken wanneer tien procent van hen het moet redden met voedselpakketten of gezondheidshulp. De financiële chaos heeft vreselijk lijden veroorzaakt en is aanleiding tot grote sociale onrust. Er is nu een diep wantrouwen van de partijen die door de massa terecht gezien worden als de architecten van de soberheid.

Als leider van de grootste partij in het parlement heeft Samaras geprobeerd en gefaald om een coalitie samen te stellen. Samaras benadrukte maandagavond dat zijn partij "alles binnen haar mogelijkheden" had gedaan om een regering te vormen. "Ik heb geprobeerd een regering van nationale redding, te vormen met twee doelstellingen: dat het land bij de euro blijft en het heronderhandelen van de bailout", zei hij in een televisietoespraak. "We hebben ons voorstel aan alle partijen gericht die er voor in aanmerking zouden kunnen komen, maar ofwel verworpen ze het meteen of eisten ze als voorwaarde de deelname van anderen die niet wilden deelnemen."

Vervolgens waren alle ogen gericht op Alexis Tsipras, de leider van Syriza. Hij startte op zijn beurt  onderhandeling met andere partijen om een regering te vormen. "We zullen alle mogelijkheden uitputten om tot een overeenkomst te komen, in de eerste plaats met de krachten van de linkerzijde," zei Tsipras. Hij stelde voorwaarden die het voor alle burgerlijke partijen onmogelijk maakte te accepteren. Voorwaarden zoals:

  • Annuleren van besparingen, met name de wetten die tot verdere verlaging van lonen en pensioenen leiden.
  • Schrappen van wetten die de rechten van werknemers beknotten, met name een wet die alle CAO’s heeft afschaft en in werking is getreden op 15 mei.
  • Evenredige vertegenwoordiging en een einde aan het systeem waarbij de winnende partij 50 bonus zetels krijgt.
  • Onderzoek naar het Griekse banksysteem dat bijna € 200 miljard aan overheidsgeld ontvangen heeft en het instellen van een soort van staatscontrole over de banken
  • Het opzetten van een internationale commissie om de oorzaken van het Griekse overheidstekort te achterhalen en het aflossen van alle schulden bevriezen.

De leider van Syriza gebruikte vakkundig zijn positie om zijn verwerping van de "barbaarse bezuinigingsmaatregelen" bekend te maken. Tegelijkertijd wil hij dat Griekenland in de eurozone blijft.  Zoiets is ingewikkelder dan de kwadratuur van de cirkel! De door Tsipras opgelegde voorwaarden maakte de vorming van een nieuwe coalitie natuurlijk praktisch onmogelijk. Hij riep zowel Nieuwe Democratie als Pasok op om hun schriftelijke garanties aan de trojka in te trekken.

De enige mogelijkheid om een linkse regering te vormen was dus afhankelijk van het instemmen van de KKE (de Griekse Communistische Partij). Ze hebben deze avances echter afgewezen. Binnen de KKE heeft dit tot onrust geleid. De leden staan in toenemende mate kritisch tegenover de sektarische verdeeldheid en het beleid van de leiders. Het is de sektarische houding van de leiding - een constante tijdens de verkiezingscampagne - die verklaart waarom de partij in zo'n gunstige situatie haar stemmenaantal met minder dan een procent stijgt . In sommige arbeiderswijken heeft de partij in feite stemmen verloren. [Zie Greek elections (II): Communist Party leadership limited the impact of the party voor meer informatie hierover].

Als een voetnoot kunnen we hier aan toevoegen dat de kleine coalitie van ultra-linkse groepen (Antarsya) slechts 1,2 procent behaalde. Ze zullen zeggen dat dit een "grote stap voorwaarts" is, het verviervoudigen van hun stemmen, ze behalen 75.000 stemmen in totaal. Het blijft echter een te verwaarlozen kracht omdat de massa’s voor  Syriza en de KKE stemden. Ze gaan ook makkelijk voorbij aan het feit dat ze in de regionale en gemeentelijke verkiezingen van 2010 nog 97.000 stemmen haalden.

Tsipras is onvermijdelijk mislukt in zijn poging, waarna het de beurt was aan Pasok-leider en ex-minister van Financiën Evangelos Venizelos, om met nog minder kans op succes te trachten een regering te vormen. "Het is noodzakelijk voor de regering van nationale eenheid dat ze alle krachten die een pro-Europese visie hebben bundelt," zei Venizelos. "Het minimumniveau van de overeenkomst is dat Griekenland in de euro blijft."

De formule van "nationale eenheid" is altijd al de meest holle van alle politieke slogans geweest. De Griekse mensen zijn niet zo dom dat ze niet in staat zijn om te zien dat het idee van de eenheid van rijk en arm in werkelijkheid de "eenheid" is van de ezel en de man die er op rijdt en zijn sporen in diens zijkant schopt. Terwijl ik deze regels schrijf, levert Venizelos nog een inspanning om een soort van coalitie aan elkaar te lijmen Toch zou een regering gezien als een voortzetting van de vorige extreem onpopulair zijn, gezien worden als onwettig en voor de massa’s een aanleiding zijn om weer op straat te komen.

De opkomst van Syriza

Het tijdschrift ‘The Economist’ beschreef de resultaten van de verkiezingen in Griekenland op 7 mei als een spasme van woede. Maar in werkelijkheid drukken ze veel meer uit dan enkel maar dat. Een spasme gaat snel voorbij, maar de processen die zich in Griekenland en andere landen ontvouwen zullen waarschijnlijk niet van korte duur zijn. "Sommige mensen interpreteren de verkiezingsuitslag als een stem van woede," zei Tsipras. "Ze maken een fout. Het was een volwassen en bewuste keuze."

Syriza is het electorale front rond Synaspismos, een afsplitsing van de KKE in het verleden. Tsipras was de leider van de jeugdorganisatie van de Griekse communistische partij. Hij organiseerde sit-ins om te protesteren tegen de hervorming van het onderwijs onder de rechtse regering en nam deel aan protesten tegen de globalisering. Syriza wordt daardoor dan ook duidelijk gezien als onderdeel van de Communistische "familie".

Gezien het hierboven geschetste scenario, is het duidelijk dat er nieuwe verkiezingen moeten worden gehouden, mogelijk al volgende maand. "We zijn nu op weg naar een tweede stemming volgende maand, in een diep gepolariseerde sfeer", aldus een teleurgestelde ambtenaar. Maar wat zullen nieuwe verkiezingen verandering? De trends die zich reeds in deze verkiezingen aftekenen zullen niet veel veranderen, het centrum zal blijven uiteenvallen en ten koste daarvan zal de breuk tussen links en rechts blijven toenemen.

De belangrijkste winnaar zal Syriza zijn, wiens populariteit sterk toenam door haar onverzoenlijke standpunt over de vorming van een coalitie. Door het aanhouden van een harde houding tegen de EU en het Internationaal Monetair Fonds zal Syriza waarschijnlijk de volgende verkiezingen winnen. "Syriza komt op voor mensen die leiden als gevolg van de besparingsmaatregelen, dus ik heb voor hen gestemd ", aldus Demos Stergides, die vorige maand zijn job in de textielindustrie verloren is en uitrukt wat veel arbeiders in Griekenland denken.

Op die manier is Syriza getransformeerd tot een essentiële factor in de Griekse politiek. "Om een regering te vormen heb je de steun of stilzwijgende aanvaarding van Syriza nodig, en het is duidelijk dat die niet zal worden verleend," aldus Loukas Tsoukalis, hoofd van de Atheense denktank Eliamep.

Op dit moment hebben de drie linkse partijen slechts 97 zetels in het 300-leden tellende parlement, waardoor Syriza ver van een meerderheid zit. Zelfs als Pasok, met 41 zetels, zou besluiten om mee te doen - een zet die Evangelos Venizelos, de rechtse leider van Pasok, waarschijnlijk niet zal doen. Maar het is duidelijk dat Syriza bij de volgende verkiezingen hoger zal scoren, de laatste opiniepeilingen lijken er al op te wijzen.

Volgens een peiling uitgevoerd door Alpha TV, zou Syriza springen van 16,7 naar 27,7 procent, terwijl de ND een aantal stemmen zou herwinnen van andere rechtse partijen, gaande van 18 procent naar 20 procent.  PASOK verliest verder (van 13 procent naar 12 procent), KKE verliest (van 8,5 procent naar 7 procent), de Onafhankelijke Grieken blijven status quo, terwijl Gouden Dageraad verliest (van 6,9 naar 5,7 procent). Democratisch Links verliest (van 6,1 procent naar 4,9 procent, en dit nog voordat werd aangekondigd dat zij bereid waren om te regeren met ND en PASOK).

Werkloze academici die misschien zullen moeten emigreren om werk te vinden worden aangetrokken tot Syriza. Jonge, werkloze Grieken stemden massaal voor Syriza bij de verkiezingen. Net zoals zelfstandige vakmensen die zich verzetten tegen de liberalisering van hun gesloten bedrijven en ouderen die worden geconfronteerd met nieuwe bezuinigingen op pensioenen wanneer het nieuwe parlement zijn intrede doet.

Het doel van Tsipras om de eerste linkse coalitie van het land te vormen botst met het sektarisme van de Griekse Communistische Partij (KKE), die herhaaldelijk zijn aanbod tot samenwerking heeft verworpen. De enige andere linkse partij in het parlement is Democratisch Links, een rechtse afsplitsing van Syriza. Zij aarzelden of ze zouden toetreden tot een coalitie met ND en Pasok. Uiteindelijk heeft Fotis Kouveli, leider van Democratisch Links, verklaart dat zijn partij niet zal deelnemen aan een coalitieregering met alleen ND en PASOK en zonder Syriza. Hij begrijpt dat het zijn partij zou doen leegstromen ten voordele van Syriza.

In feite beseffen Venizelos (Pasok) en Kouvelis (Democratische Linkse) beide dat de legitimiteit en de levensvatbaarheid van een coalitieregering gevormd met de steun van Nieuwe Democratie, maar niet met Syriza, in vraag zou gesteld worden door de massa’s.

Hoewel een regering met PASOK, ND en Democratisch Links in totaal 168 zetels heeft, zou zulk een regering enkel het pad effenen voor een verdere groei van Syriza. ND, PASOK en Democratisch Links staan ook oog in oog met het dilemma dat als er geen akkoord is bereikt en nieuwe verkiezingen gehouden worden in juni, Syriza haar aandeel in de stemmen groter zal zijn. Syriza zal de verkiezingen winnen en dus ook gebruik kunnen maken van de 50 zetel bonus, terwijl de anderen hun steun zullen zien dalen. Indien ze er nu niet in slagen een soort van coalitie te vormen en in juni verkiezingen worden gehouden, wordt het vooruitzicht op een linkse regering nog meer concreet!

Het één …. of het ander

Zoals hierboven reeds gezegd werd, is het moeilijk om te zien hoe een partij, of combinatie van partijen, een stabiele coalitie kan vormen die verder kan gaan met de bezuinigingsmaatregelen die overeengekomen werden door Griekenland en de schuldeisers, de Europese Unie en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Zij zijn nu de echte heersers van Griekenland.

Indien Syriza de verkiezing in juni zou winnen én er in zou slagen om een linkse regering te vormen, zullen haar leiders en beleid serieus op de proef gesteld worden. De leiders van Syriza zullen direct onder druk komen te staan van de burgerij, niet alleen van in Athene, maar ook vanuit  Brussel en Berlijn. Aan de andere kant zullen zij eveneens onder druk komen te staan vanwege de miljoenen Griekse werknemers die resoluut stemden voor verandering.

Door te stemmen voor Syriza, stemden de arbeiders, geradicaliseerde jeugd, wanhopige gepensioneerden, werklozen en geruïneerde kleinburgers niet alleen tegen de oude partijen die hen enkel soberheid en ellende hadden gebracht. Ze stemden daarentegen tegen het ondraaglijke status quo, tegen een verrot en failliet systeem. Ze stemden voor een fundamentele verandering: voor een revolutie. Maar indien de linkerzijde niet onmiddellijk maatregelen neemt om de bankiers en kapitalisten te onteigenen, zal het zelf de speelbal van de markten worden.

Het feit blijft echter dat de leiding van Syriza aandringt op een oplossing van het conflict binnen de contouren van het kapitalisme, ook binnen de Europese Unie. Een oplossing die niet gebaseerd is op de afschaffing van het kapitalisme, is reeds door de vorige regeringen uitgeprobeerd. Het resultaat is dan een regering in crisis. Die zou niet voldoen aan de eisen van de massa's die voor de afschaffing hebben gestemd. Op die manier zou men de eigen basis uiteindelijk teleurstellen, de arbeiders en jongeren van Griekenland. Het zou de weg effenen voor een terugkeer van rechts op een bepaald moment. Na een periode zou de linkse regering dus gewoon vervangen worden door een coalitie van rechtse partijen.

Griekenland is ondergedompeld in sociale en politieke onrust omwille van de crisis van het kapitalisme. Deze problemen kunnen niet zomaar gewoon even worden opgelost. De zaken zijn te ver gevorderd voor halve en korte termijn oplossingen. Men kan een kanker niet genezen met een aspirine. Op de lange termijn kan de crisis alleen worden opgelost door de arbeidersklasse die de macht in handen neemt, of een nachtmerrie van de reactie.

De strop zit strak om de nek van Griekenland. Alles wijst op een nieuwe en nog veel ernstigere crisis in Griekenland de komende maanden. De Europese Unie zal voor een duidelijke keuze komen te staan: stuurt ze nog meer hulp aan Griekenland om te compenseren voor het terugvorderen van IMF-gelden? Of zal ze de kraan dichtdraaien en brengt ze Griekenland daarmee tot zinken?

Deze laatste optie wordt nu al openlijk besproken. Jörg Asmussen, een lid van de Raad van Bestuur van de Europese Centrale Bank, oppert voor het eerst de mogelijkheid van een Grieks vertrek uit de euro-zone - een optie die de ECB voordien weigerde te erkennen in het openbaar. " Indien het lid wil blijven van de eurozone, moet Griekenland zich bewust zijn van het feit dat er geen alternatief is voor het overeengekomen hervormingsprogramma," vertelde Asmussen aan een Duitse krant.

The Economist besluit als volgt: "De toekomst van Griekenland binnen de euro lijkt kwetsbaarder dan ooit: vandaag de dag zeggen sommige marktanalisten dat de kans op een" Grexit "gestegen is van 40 procent tot meer dan 50 procent. De volgende regering is verplicht in juni nog een bezuinigingspakket door het Parlement te duwen als een gevolg van de tweede overeenkomst van Griekenland met de EU en het IMF. Het omvat nog een € 11,5 miljard aan bezuinigingen, samen met een reeks van onpopulaire structurele maatregelen: de pensioenen moeten krimpen en duizenden werknemers uit de publieke sector zullen bedreigd worden met ontslag.

"IMF-functionarissen hebben al gewaarschuwd dat als men de timing van de hervorming niet respecteert, Griekenland zijn volgende financieringsronde niet krijgt. Het is daardoor mogelijk dat de lonen en pensioenen volgende maand niet betaald kunnen worden  Niet bepaald iets waar de kiezers naar zullen uitkijken na de uitbarsting van woede gisteren. Wanneer de mensen stoom afblazen, zoals gisteren, moet dit ook gezien worden als een resultaat na de eerste ronde van de verkiezingen," zegt een voormalig minister. 'Dan stemmen ze op basis van hun werkelijke belangen in de tweede ronde.' "

De keuze is als volgt: zal Griekenland akkoord gaat met miljarden euro's aan verdere bezuinigingen in de komende maanden, zoals geëist door Merkel en co.? Tsipras uitlatingen waren alvast heel duidelijk: “Het volk heeft duidelijk het besparingsprogramma verworpen.” In dat geval, is het IMF al even duidelijk over zijn bedoelingen: het zal geen toestemming verlenen voor de vrijgave van de volgende schijf van geld aan Griekenland. Dat zou betekenen dat het geld van de Griekse regering gewoon op geraakt. De vicieuze bezuinigingen op de pensioenen en de lonen die tot nu toe geïmplementeerd zijn, zijn niets in vergelijking met de daaruit voortvloeiende impact op de levensstandaard.

Het gedwongen vertrek van Griekenland uit de eurozone zou botweg opgelegd worden. De resulterende chaos en sociale onrust zou zeer gevaarlijk zijn voor het kapitalisme in Griekenland. Het verschil kan vergeleken worden met het verschil tussen een auto die bergafwaarts rijdt met slechte remmen en één helemaal zonder remmen. De bourgeoisie van de EU wordt geconfronteerd met dergelijk vooruitzicht. Als er niets ondernomen wordt, en nog snel ook, zullen ze eerder vroeger dan later met dit vooruitzicht te maken krijgen.

Het onvermijdelijke resultaat is een chaotische failliet. Griekenland zal uit de eurozone verbannen worden en waarschijnlijk ook uit de EU zelf. De gevolgen zouden catastrofaal zijn voor heel Europa, maar voor Griekenland nog veel erger. In tegenstelling tot de nationalistische illusies van de KKE, zou een terugkeer naar de drachme niets oplossen en de situatie alleen nog erger maken. De nieuwe drachme zou namelijk waardeloos zijn op internationale markten. De ineenstorting van de munt zou een torenhoge inflatie veroorzaken, een wedloop naar de banken en de liquidatie van spaargelden en pensioenen. Een dergelijke situatie zou desastreuze gevolgen hebben, zoals in Duitsland in 1923.

Revolutie of contrarevolutie?

De beweging van de omvorming naar de socialistische samenleving vindt niet plaats in een rechte lijn. Er zijn onvermijdelijk ups en downs. De perioden van stormachtige vooruitgang worden gevolgd door periodes van vermoeidheid, stiltes, nederlagen, zelfs periodes van reactie. Er zullen scherpere verschuivingen naar links en rechts gebeuren. Maar elke stap in de richting van reactie zal alleen maar een nog groter zwaait naar links voorbereiden. Op dit moment is er geen gevaar voor fascisme of bonapartistische reactie in één van de ontwikkelde kapitalistische landen. Maar dat kan veranderen in de komende periode.

Vroeg of laat zal de Griekse heersende klasse de volgende conclusie trekken: er zijn te veel stakingen, te veel demonstraties, te veel chaos. Weg met de anarchie! Wij eisen orde! Op de lange termijn, zal de heersende klasse openlijk pleiten in de richting van het bonapartisme. Er zullen allerlei rechtse complotten ontstaan, zoals de Gladio samenzwering van de jaren 1970. Maar gezien de kracht van de arbeidersklasse en haar organisaties, kan dit de weg voorbereiden voor een explosie van de klassenstrijd en zelfs van een open burgeroorlog.

Maar dat is momenteel niet (onmiddellijk) het geval. In Griekenland is een lange periode van extreme politieke instabiliteit het vooruitzicht, een periode waarin de ene instabiele coalitie de andere zal volgen. De slinger zal hevig zwaaien van links naar rechts en weer terug. En met elke zwaai van de slinger, zal de voorgaande overtroffen worden, zoals Trotski uitlegt in het voorwoord van de 'Geschiedenis van de Russische Revolutie':

"De snelle veranderingen van standpunten en stemmingen van de massa in een tijd van revolutie komen niet voort uit de flexibiliteit en mobiliteit van de menselijke geest maar daarentegen net vanuit zijn diep conservatisme. Het chronisch achteroplopen van ideeën en relaties op nieuwe omstandigheden, die duurt tot op het moment dat die een catastrofe veroorzaken, is wat in een periode van revolutie die levendige beweging van ideeën en passies creëert en voor de geest van een agent het gevolg is van de activiteiten van “demagogen”.

"De massa's hanteren in een revolutie geen voorbereid plan van sociale wederopbouw. Vooral het niet langer kunnen verdragen van het oude regime vormt de motor. Alleen de leiding van een klasse beschikt over een politiek programma en zelfs dit dient nog overeen te stemmen met de gebeurtenissen. Het heeft ook de goedkeuring van de massa's nodig. Het fundamentele politieke proces van een revolutie bestaat dus voornamelijk uit het geleidelijke inzicht door een klasse van de problemen die voortvloeien uit de sociale crisis. Het betreft de actieve oriëntatie van de massa door een methode van opeenvolgende inschattingen van de situatie. De verschillende stadia van een revolutionair proces worden uitgedrukt in de toenemende druk van de massa's aan de linkerkant - zolang de beweging niet op objectieve hindernissen stuit. Als ze dat wel doet dat dan ontstaat een reactie: teleurstellingen van de verschillende lagen van de revolutionaire klasse, de groei van onverschilligheid, en daarmee gepaard een versterking van de positie van de contrarevolutionaire krachten. Dit zijn in ieder geval de grote lijnen van de oude revoluties. "

De crisis van het kapitalisme creëert de voedingsbodem voor racistische en reactionaire ideeën bij bepaalde delen van de bevolking. Indien de arbeidersbeweging geen grondig alternatief kan bieden, kunnen mensen die niet begrijpen waarom er niet genoeg banen en huizen zijn gemakkelijk door reactionaire demagogen overtuigd worden op zoek te gaan naar een zondebok.

De opkomst van bewegingen zoals Gouden Dageraad (Chryssi Avghi) in Griekenland vormen hiervan een duidelijk voorbeeld. De partij wint in één slag 7 procent van de stemmen en komt met 21 zetels meteen voor de eerste keer in het parlement. Dit is een racistische neo-nazi partij die opkomt voor de uitwijzing van illegale immigranten. Ze heeft knokploegen die linkse activisten aftuigen. In Frankrijk doet zich hetzelfde proces voor. De polarisatie uit zich in de stem voor Mélenchon aan de ene kant en Marine Le Pen aan de andere kant (hoewel de Franse FN afstand heeft genomen van het fascisme).

Dit is een belangrijke waarschuwing voor de arbeidersklasse. Het duidt op wat er kan gebeuren als de arbeidersbewging er niet in slaagt om de macht te grijpen. Maar we mogen ook niet overdrijven. Momenteel zijn de fascisten in de minderheid. In vergelijking met de bijna 17 procent voor Syriza, won Gouden Dageraad nog geen zeven procent van de stemmen. Bovendien pikten ze vooral de stemmen van Laos, die verbrand zijn vanwege hun regeringsdeelname. Uit de opiniepeiling blijkt ook dat al een aantal kiezers van Gouden Dageraad al opnieuw twijfels hadden. Het zou heel verkeerd zijn hieruit te besluiten dat alle kiezers van deze partij neo-nazi's zijn. Heel wat kiezers stemden voor hen uit protest. Samen haalden de linkse partijen meer dan 31 procent. De fascisten haalden nog geen kwart van het totaal aantal linkse stemmen.

We moeten echter ook niet voorbijgaan aan de reële dreiging die dergelijke partijen in de toekomst kunnen vormen. De fascistische milities of zwarte hemden van Gouden Dageraad kunnen  gebruikt worden om de arbeidersklasse te intimideren en te terroriseren, zoals Patria y Libertad in Chili. Ze trachten dit momenteel al te doen.

Zo kunnen ze een gelijkaardige rol spelen als verlengstuk van de bonapartistische reactie. Toch zal de bourgeoisie het fascisme nooit toelaten om de macht te grijpen, zoals met Hitler en Mussolini in het verleden. De recente geschiedenis toont aan dat wanneer de bourgeoisie besluit dat de democratie hen niet langer dient, ze terugkeren naar een militair bewind. Ze verkiezen de top van het leger boven deze van de kleine fascistische partijen. De bourgeoisie zal echter geen open confrontatie aangaan vooraleer alle andere mogelijkheden uitgeput zijn.

We moeten echter benadrukken dat voor we dit stadium bereiken de arbeiders al in het ene na het andere land heel wat mogelijkheden hebben gehad om de macht over te nemen. Pas na een reeks van zware nederlagen van de arbeidersklasse zou een reëel gevaar van bonapartistische dictatuur bestaan.

Zowel in Griekenland, als in om het even welk ander land, steunt de heersende klasse de democratie niet uit sympathie, maar omdat het vooral de meest economische manier van regeren van de maatschappij is. Ondertussen worden de massa's misleiden door hen vooral te laten denken dat ze de zaken zelf kunnen beslissen. Indien ze echter zien dat hun fundamentele belangen bedreigd worden, zal de burgerij niet aarzelen om hun toevlucht te nemen tot de reactie. In plaats van het masker van de democratie en de rechtsstaat, laat ze dan haar ware gelaat zien.

Hoewel, zelfs nu al, een deel van de Griekse heersende klasse ongetwijfeld met het idee zal spelen van een staatsgreep; zijn de objectieve voorwaarden hiervoor op dit moment onbestaande. De verkiezingsresultaten tonen een duidelijke ommezwaai naar links. De Griekse arbeidersklasse is sterker dan op elk gewenst moment in de geschiedenis. Ze hebben sinds decennia lang geen beslissende nederlaag geleden. Bovendien ziet de middenklasse vooral in links (in het bijzonder Syriza) een alternatief. De herinneringen aan 1967 en de brutale dictatuur van de kolonels zit nog steeds vers in het geheugen van de arbeidersklasse. Om die redenen zou elke poging in die richting erg bestreden worden. Het zou leiden tot een burgeroorlog, die de bourgeoisie zeker niet zou winnen. Het perspectief van het bonapartisme is dan ook niet onmiddellijk aan de orde in Griekenland. De crisis kan jaren blijven aanslepen vooraleer een beslissende krachtmeting plaats vond. Lang voordien zal de arbeidersklasse al heel wat mogelijkheden hebben gehad om de macht te grijpen.

Wanneer men de heldhaftige acties van de arbeiders en jongeren van Griekenland tijdens de laatste drie jaar overloopt, kan men niet anders dan diep geraakt en geïnspireerd zijn door hun acties. Wat kunnen wij nog meer van hen vragen? Ze hebben hemel en aarde bewogen om de maatschappij te veranderen. Als ze hierin tot nu toe niet slaagden, is dat zeker hun schuld niet. Het is omdat het hen ontbrak aan het nodige leiderschap dat nodig is om de overwinning te verzekeren.

Concreet betekent dit dat het de onmiddellijke taak is om Syriza zowel politiek als organisatorisch te versterken. Op dit moment is Syriza een coalitie waarvan Synaspimos de belangrijkste component is. Syriza moet een partij worden waarin verschillende tendensen hun mening kenbaar kunnen maken. Ten tweede moet men aan de verleiding weerstaan om 'realistisch' of 'pragmatische' te zijn en daardoor  in de valkuilen van de burgerlijke partijen te trappen die zich volop aan het voorbereiden zijn. Bij de volgende verkiezingen zal Syriza duidelijk veel sterker naar voren treden in het parlement. Tegelijkertijd moet de partij blijven aandringen op eenheid met de KKE en andere linkse krachten. Reeds vele KKE kiezers hebben aangegeven dat zij bij nieuwe verkiezingen zullen overstappen naar Syriza. Dit is een hefboom die gebruikt kan worden om de KKE leiders aan te zetten hun sektarisme te achter zich te laten en aan te sluiten bij Syriza in een echt Verenigd Front van arbeidersorganisatie. Ten derde moet de partijleiding een echt revolutionair socialistisch programma aannemen, het enige programma dat kan leiden tot de verandering waarnaar de massa's zo verlangen.

Uiteindelijk hangt de kans op succes af van het vermogen van de marxisten om de beslissende lagen van de arbeidersklasse en de jeugd te winnen voor het programma van de socialistische revolutie. Dat betekent dat het versterken van de marxistische vleugel van de partij, een eerste stap vormt op weg naar het overtuigen van de hele partij en vervolgens de gehele arbeidersklasse voor het programma van de revolutie.

Alan Woods,

Londen, vrijdag 11 mei 2012